Volgende week om deze tijd gaat het startschot voor de marathon van Valencia. Maar vandaag is het nog slechts het geluid van mijn wekker dat mijn bewustzijn terug op aarde brengt. En alhoewel we nog niet volledig op Valencia gefocust zijn, lopen we vandaag wel onze traditionele laatste 10 km wedstrijd. De meningen zijn er over verdeeld, maar de theorie om een week van tevoren je benen nog even ‘leeg’ te lopen zodat ze zich de rest van de week als sponsen kunnen volzuigen met energie is ons de afgelopen drie keer goed bevallen. Bovendien kan ik gelijk een nieuw setje van Anita testen voor Valencia. En dus rijden we om 10:00 richting Zoetermeer voor de Klaverbladloop.
Er is weer eens hel en verdoemenis voorspeld qua weer. Hagel, regen, wind en zelfs de term code oranje. Maar als gezonde Hollandse boerenmeid maken we ons daar natuurlijk niet druk om. Diezelfde Hollandse boerenmeid zit een half uur later met een poncho in de kantine van de atletiekvereniging te vernikkelen van de kou, driftig over haar voeten wrijvend in de hoop dat er weer een beetje gevoel in terug komt. Ondertussen vloekend en scheldend naar de Buienradar app te kijken die aangeeft dat er een gezellige regenbui over ons heen komt ten tijde dat we in het startvak moeten gaan staan. De 27 graden die vanuit Valencia doorgestuurd worden, worden bijna aantrekkelijk. Bijna, want diep in mijn hart weet ik dat ik daar volgende week wel weer iets over te zeuren zal hebben.
Een aantal RMD-ers brengen afleiding. Het is een handjevol, ze lopen bijna allemaal ook Valencia, en ze zijn in feite de reden dat we hier zijn. Vanwege de gezelligheid. ‘Ga je een PR lopen?’, wordt me gevraagd. Ik schud nee, meer uit bijgeloof dan om andere redenen. Ik heb nog een doel van 10 km onder de 50 minuten, en heb er gisteren serieus over nagedacht, maar vandaag heeft mijn luie ik er eigenlijk niet zo’n zin in. 10 km lang het tempo van 5 minuut per kilometer in het vooruitzicht ontlokt een zucht. Mijn competitieve ik wil er dan wel weer voor gaan. En zoals gewoonlijk kijk ik wel wie van de twee het weer wint vandaag.
We wachten tot het laatste moment om het startvak in te gaan en staan dan ook helemaal achteraan. Dat wordt weer inhalen. Ik heb nummer 474. Een mooi nummer vind ik, en iedereen die me goed kent weet dat ik van mooie nummers hou. In trainingen loop ik ook niet voor niets 10,10 km of 5,05 km. Gelukkig is het tegen alle voorspellingen in droog en kunnen we weg. Ik ga er gelijk vandoor. Wil mijn competitieve ik de overhand krijgen zal ik dat gelijk vanaf het begin moeten doen, anders wordt het sowieso niks. Ik haal de nodige mensen in, kom al gauw een beetje op temperatuur en loop mooi onder de 5 min/km. Eigenlijk te snel maar ik weet dat het toch geen zin heeft om de eerste 2 km proberen in te houden op zo’n afstand.
We pakken in het begin gelijk al een heuvel. Goed onthouden voor de terugweg, want het is grotendeels een heen en weertje. Daarna draaien we een lang stuk langs een water op. Er staan zowaar wat mensen langs het parcours driftig te klappen. Ik hoor ze door het geschreeuw van James Hetfield in, want zonder Metallica sowieso geen PR. Zou dat ook onder doping vallen? Ik hou in elk geval lekker tempo vast en ik voel hoe mijn competitieve ik langzaam maar zeker mijn luie ik in een hoekje duwt. Ik vermoed dat die daar het komende uur niet meer uitkomt.
Ik heb in elk geval voldoende tegenwoordigheid van geest om te blijven rekenen en ook om te lachen naar de fotografen die langs het parcours staan. Ik ben zelfs zo ijdel dat ik in het aangezicht van een fotograaf nog even een groepje mannen passeer zodat ik goed in beeld kom. ‘Give it to me baby’, en ik geef een big smile voor mijn 15 seconds of fame. Het is nog steeds droog en ik zie zelfs een verloren zonnestraaltje her en der als we de brug opdraaien richting het vierkantje door het veld. Als ik op weg ben naar mijn 5 km punt komt Patrick Kwist als leider van de 15 km voorbij lopen. Hij heeft zelfs puf om me te groeten. Mijn held, mijn muze, om zo te pieken op relatief latere leeftijd. Net als ik, en ik zet nog een tandje bij. Mijn competitieve ik heeft nu definitief mijn luie ik knock out geslagen, en ik ga voor die sub 50. De 5 km klok ik op iets onder de 24 minuten. Al rekende kom ik dan op 1 minuut marge, dus ik hoef nu alleen nog maar uit te lopen op 5:12. We gaan er voor.
1 km later loop ik alweer te schelden, als de volle tegenwind door niemand anders dan mezelf wordt tegengehouden. Desondanks of misschien wel dankzij, loop ik grommend weer een mannelijke loper voorbij. ‘Eat this’, denk ik bij mezelf terwijl ik hem mijn bevallige achterwerk in mijn zeemeermin tights laat zien. Ik draai weer richting brug, zet mijn liefste glimlach nogmaals op voor de fotograaf op de hoek en zet mijn tanden op elkaar richting kilometer 7, geholpen door de stevige beats van die ouwe rockers. De zon breekt nu echt door en terwijl hij in mijn ogen schijnt krijg ik het bijna warm. Bijna. Mijn voeten zijn nu pas écht helemaal ontdooid en ik begin het nu een beetje zwaar te krijgen. Maar ik heb voldoende marge.
Ik hou tempo maar ben blij dat ik het 8 km bord zie. Mijn headphones roepen al een half uur ‘battery low’, een wanhopige poging van mijn luie ik om langzamer aan te doen. Volgens mij wordt het hoog tijd voor een paar nieuwe. Briefje aan de kerstman? Dan is ook het lange stuk weer voorbij en staat er alleen nog een heuvel tussen mij en de finish. Of moet ik zeggen tussen mij en een PR? Ik twijfel er nu bijna niet meer aan, de laatste kilometer gaat in en ik mag inmiddels alweer heuvel af. De vraag is nu niet meer ‘of’, maar ‘met hoeveel’. Toch zit versnellen er niet meer in, tempo houden is echter voldoende. Nog steeds onder de 5 min/km draai ik door het hek op het tartan van de atletiekbaan. Nog geen half rondje en ik kom over de finish. Op de grote klok staat 48 nog wat, mijn klokje zegt net iets daaronder.
Harold komt vlak achter me binnen en even later zie ik Frank ook de baan op draaien. We wachten nog even op Bart en Roos als het dan toch eindelijk begint te regenen. Het kan me niet meer schelen. We kunnen nu gaan focussen op Valencia en ik kan mijn doel op de 10 km van sub 50 afvinken. En hoe! Terwijl mijn competitieve ik langzaam richting kleedkamer loopt komt mijn luie ik luid schreeuwend weer terug uit de hoek. Hij heeft het berekoud en sommeert me om onmiddellijk naar huis te gaan om in bad te duiken, te eten en op de bank te ploffen. Vooruit dan maar, ik kan hem niet helemaal ongelijk geven. Als we later al bubbelend opwarmen check ik de uitslagen.
Startnummer 474. Netto eindtijd 47:47. Gemiddelde snelheid 4:47 minuut per kilometer. Dat noem ik nou nummerporno!