‘Loop jij niet een beetje te veel?’ Een onschuldige vraag die meer teweegbrengt dan je zou denken. Een vraag die van mijn moeder komt. En dus misschien helemaal niet zo onschuldig is. Want mijn moeder heeft de gave om vanuit het niets de vinger exact op de zere plek te leggen.
Ik merkte de afgelopen weken al dat ik moe ben. Ik slaap te weinig. Bovendien loop ik niet alleen achter met mijn studie, maar blijven ook allerlei andere klusjes en dingen die ik wil doen liggen. Ik heb al maanden geen goed boek meer gelezen, moet nodig met deze en gene afspreken en de broodnodige klusjes worden snel even tussen neus en lippen door gedaan.
In plaats daarvan heb ik de afgelopen 26 weken 22 races gelopen. En dat nog los van 2 concerten, elke week twee keer paardrijden, een paar Rotterdam Running Crew loopjes en eigen trainingen. Ook nog af en toe sociaal geweest en natuurlijk gewerkt. Ik ben letterlijk continue aan het hollen. 22 races in 26 weken is gemiddeld 0,8461538 race per week. Dus loop ik niet een beetje teveel? Ja, misschien wel. En dan komt de volgende vervelende vraag. ‘Waarom loop je zoveel?’
‘Omdat ik het leuk vind’, is mijn eerste reactie. Maar is dat echt zo? Of zit er meer achter? En ook nu prikt mijn moeder lekker verder. ‘Waar loop je voor weg? Of wat probeer je te bewijzen?’ Ze laat me achter met iets om over na te denken. Wat ik de dagen erna dan ook doe. Ik denk na, laat alles de revue passeren en kijk ik mijn hart. Heel diep in mijn hart. Waarom loop ik zo veel? Is het een reden of zijn het er meer? En welke reden prevaleert? Is de reden legitiem? Of moet ik gewoon wat rustiger aan doen?
Dan valt mijn oog op het shirt dat ik bij de Ekiden kreeg. Op de voorkant de woorden ‘I am a Ultramarathonner’, op de achterkant de afbeelding van een superwoman met blonde vlechtjes en mijn naam er onder. Nooit beter gekozen. Reden nummer 1. Ik loop veel en ver, omdat het me het gevoel van Superwoman geeft. Powerfull, onkwetsbaar, krachtig, sterk, machtig en ga zo maar door. Onoverwinnelijk. Onsterfelijk. Op datzelfde moment realiseer ik me dat het uiterlijke schijn is. Ik heb dat eigenlijk helemaal niet nodig. Ik ben sterk van binnenuit. Maar dat terzijde.
Want er zijn meer redenen. Reden nummer 2. Ik ben verslavingsgevoelig. En dat wat eerst gewoon leuk is neemt controle over me. Ik ben altijd zeer gedreven en stiekem ook wel ambitieus. Dus als ik ergens voor ga, ga ik er 100% voor. Met veel discipline steeds een stapje meer en een stapje verder, tot het moment dat ik niet meer zonder kan. Dat is het moment dat ik slaaf van mijn eigen ambitie en gedrevenheid word. Het moment dat het willen moeten wordt. Als je dat combineert met reden nummer 3, FOMO oftewel Fear of missing out, is het niet zo raar dat ik veel wedstrijdjes loop. Stel je voor dat ik iets mis door een dagje niet te gaan lopen?
Op naar reden nummer 4. Ik hou van lekker eten. Na al die moeite die ik gedaan heb om veel af te vallen wil ik dat graag zo houden. Maar toch ook dat lekkere eten. Het lopen is dan een compensatie om te kunnen ‘snoepen’. Doordat mijn lichaam gewend raakt aan de beweging moet ik voor mijn gevoel steeds meer bewegen om de boel in evenwicht te houden. Onzin? Misschien, maar niet in mijn hoofd.
Als je dat zo leest moet ik eigenlijk stante pede naar de psychiater en stoppen met hardlopen. Gelukkig zijn er ook positieve redenen. Reden nummer 5 is toch ook niet geheel onbelangrijk want het lopen geeft me ook fysiek een goed gevoel. Het maakt mijn hoofd leeg, het geeft me energie, brengt me op ideeën tijdens het lopen en ik voel me fit en gezond. Dat kan niet verkeerd zijn toch? Mijn instructeur tijdens de opleiding riep het altijd al. Hardlopen is niet leuk, hardlopen is lekker.
Last but not least. Mentaal heeft reden nummer 6 een groot aandeel in mijn loopzucht en dat is het sociale aspect. Want ja, het lopen is ook gewoon heel erg gezellig als je dat met anderen doet. Ik heb al vaker geroepen dat ik door het lopen vriendschappen heb gecreëerd en er mensen in mijn leven terecht zijn gekomen die ik onder andere omstandigheden nooit tegen het lijf gelopen zou zijn, excusez le mot. Daar zou ik ook niet meer zonder willen.
En zo ben ik me weer even bewust gemaakt met waar ik mee bezig ben. Het maakt dan ook niet uit wat de reden is waarom ik zo veel loop, of waarom ik überhaupt loop. Als ik het maar bewust doe en dicht bij mezelf blijf. Iedere keer weer een overwogen keuze maak en naar mezelf blijf luisteren. En dan ook een eerlijk antwoord geef en op basis van dat antwoord die keuze maak en er naar handel. Dat betekent vaak dus gewoon lekker gaan lopen, onverwachts naar dat wedstrijdje gaan en de klusjes laten liggen. Maar ook niet bang zijn om thuis te blijven als ik moe ben of een verstandige keuze te maken tussen de hele dag op pad voor een race of een rondje thuis en de rest van de dag iets anders.
Waarschijnlijk moet mijn moeder me er over een tijdje weer even aan helpen herinneren maar het resultaat is dat ik deze week ‘laat’ ben met mijn blog. Frank vandaag een 30 km trail gelopen heeft terwijl ik ‘s ochtends thuis een rondje met Deborah gelopen heb en ik de rest van de dag met mijn neus in de studieboeken gezeten heb. Gisteravond ben ik eindelijk aan dat boek begonnen dat al drie maanden op mijn nachtkastje ligt en de rest van de week ga ik wel gewoon even kijken hoe het uitkomt.
Standaard drie keer per week lopen zal ik voorlopig gewoon blijven doen, vraag me niet teveel in een keer. Hollen is prima maar het kan helemaal geen kwaad om af en toe ook gewoon eens stil te staan.
En dan ben ik nog steeds SuperSaskia…
Je hebt een wijze moeder!
I know!