Ode aan Frank

“Nooit meer!” riep je vorig jaar toen je over de finish van de Rotterdam Marathon was gekomen. En toch, toen ik zei dat ik hem dit jaar ook wilde lopen, was het eerste wat je zei: “Dan loop ik met je mee, om je te steunen en te supporten!”

En je hebt met me meegelopen. In 105 trainingen over 8 maanden moest ik fit genoeg zijn om de marathon te kunnen lopen. En of ik het nu wilde of niet, jij liep mee! Een enkele uitzondering daargelaten omdat het écht niet uitkwam met het werk, of omdat ik er stiekem vandoor gegaan was, heb je iedere kilometer, of dat nu een rondje van 5 was of een rondje van 30, naast me gelopen. Links, want dan kon je me beter in de gaten houden. In het begin moest ik daar even aan wennen, want ik liep altijd alleen en met muziek op, maar later was het vanzelfsprekend dat je naast me liep.

Je hebt de camelback gedragen om me te voorzien van drinken. Je hebt de gelletjes en repen in je zak gehad om me te voorzien van eten. Kilo’s bananen heb je voor me gekocht en meegedragen, sinaasappeltjes voor me gepeld. Je hebt me voor het lopen ingesmeerd met wax om schuren te voorkomen, en na het lopen ingesmeerd met koelingsgel als ik ergens last van had. Je hebt routes opgezocht, plannen gemaakt, schema’s uitgezocht en je snelheid aangepast. Me meer dan eens behoed om onder de voet gereden te worden door een fietser of een auto, als ik weer eens niet op zat te letten. Je hebt mijn tas gedragen naar de wedstrijden toe, en naar huis gereden na afloop als ik moe was. Je bent mee geweest bij elk bezoekje aan de Hardloopwinkel als ik weer iets nieuws wilde kopen, of gewoon een paar schoenen wilde aaien.

Je hebt eindeloos geduld gehad met al mijn grillen tijdens het lopen. “Nog 500 meter extra, anders volg ik mijn schema niet!”, “Nee, we moeten dat specifieke rondje lopen, want dat past symbolisch beter bij het onderwerp waar ik vandaag over wil schrijven….”, “Vandaag gaan we lantarenpalen rennen schat, want ik wil iets uitproberen!”, “Nog even de brug aantikken, anders voelt het niet goed.” Een foto hier, een foto daar, een filmpje met een poster op mijn rug, nog een foto, oh en “doe er nog maar eentje zo en deze moet over want die is niet goed gelukt”. “Hou deze even vast, dan kan ik even springen-achteruit lopen-schuin lopen-huppelen” of wat ik dan ook weer voor geks bedacht had. Nooit een woord van protest als je thuiskwam en ik ons “oh ja, ook nog ingeschreven had voor wedstrijdje X”. Behalve met de Circuit Run op mijn verjaardag. Met het barre en boze weer wilde je eigenlijk niet gaan en heb je geprobeerd het me uit mijn hoofd te praten. Kansloos natuurlijk, en dus ging je toch maar mee, want geen denken aan dat je me alleen liet gaan. En heb je 12km met me in de regen gelopen om zeiknat over de finish te komen. We hebben afspraken gemaakt over wat we zouden doen als één van ons het niet zou redden tijdens de marathon, met als uitgangspunt dat ík hoe dan ook over de finish moest komen. Je hebt de route met me gereden op de scooter, of gedeeltes van het parcours met me verkend.

Daarnaast ging ook nog eens alle aandacht naar mij. Iedereen leefde mee en vond het zo ontzettend goed en knap dat ik dit aan het doen was. “Saskia gaat de marathon lopen!” was het verhaal, waarbij de meeste mensen en passant even vergaten dat jij hem ook moest lopen. En vooral ben je gewillig het lijdend voorwerp geweest voor al mijn blogjes, als ik weer eens grapje over jouw hoofd maakte. Ondanks dat wilde je toch altijd de eerste zijn die het blogje like-te als ik hem op Facebook had gepost.

Dank je wel lieve Frank. Dank je voor dit alles. Dank je voor je steun en toeverlaat. Dank je voor je support. Dank je voor je geduld. Dank je voor je onzelfzuchtigheid. En vooral dank je voor je onvoorwaardelijke liefde.

Je bent het allerbeste loopmaatje van de wereld!

P.S. Schat, wat dacht je van de marathon van New York in 2016?

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *