De halve van Eindhoven

De halve van Eindhoven. En gelijk de laatste wedstrijd voordat we naar New York gaan. Volgende week alleen nog even 30 km aantikken en dan mogen we gaan afbouwen. En natuurlijk dit rondje Lampegat a.k.a. Eindhoven de gekste. Ik ben erg benieuwd, want in een ver verleden heb ik hier ruim anderhalf jaar doorgebracht. Een heel ver verleden, maar toch. En ook vandaag hadden we eigenlijk ergens anders moeten staan. Ik zou oorspronkelijk meedoen aan de Harbour Run met de zaak, maar het opzoeken van een blessure-risicovolle situatie vond ik achteraf toch geen goed plan.

Na vorige week toch een beetje twijfel of ik wel genoeg koolhydraten gestapeld had, heb ik mijn Weight Watchers menu zo omgebouwd dat de avond ervoor er gewoon een bord pasta in gaat. En als ontbijt neem ik voor de zekerheid maar een extra pannenkoek. Na wat gebakkelei over waar we zullen parkeren (‘Zullen we in Best parkeren en dan de trein nemen? Volgens mij is alles afgezet.’ ‘Nee joh gek, ik wil na afloop gelijk mijn tas kunnen pakken.’ ‘Ja maar, die kunnen we in het beursgebouw neerzetten. Toch?’ ) laat ik het maar over me heen komen. We rijden er gewoon naar toe en zien het wel. Frank krijgt gelijk. Ik rij heel even verkeerd, maar dan staan we zomaar ineens 200 meter van het Beursgebouw af geparkeerd, en ook nog eens goedkoper dan als we met de trein waren gegaan.

Omdat hij altijd zo braaf al mijn grappen over zich heen laat komen, zal ik het nog één keer herhalen. Frank had gelijk! Zo, hebben we dat ook weer gehad.

In het Beursgebouw stuiten we binnen no time op meerdere RMD-ers, te herkennen aan, jawel, het groene shirt. Het is bijna een mini Meet & Greet. Het is in elk geval enorm gezellig. We zijn goed op tijd en kunnen dus rustig aan doen. Startnummer oppikken, zes keer controleren of we alles hebben, foto maken, gek doen, twintig keer naar de WC, tas wegbrengen en dan richting start wandelen met een man/vrouw of zes. You’ll never walk alone, zeggen ze wel eens.

Frank staat twee startvakken eerder, dus na onze ‘succes schat’ kus nemen we afscheid en blijf ik achter met twee van de RMD dames, en een derde schuift ook aan. Ik heb vandaag echter muziek meegenomen en zal dus mijn eigen tempo lopen. Het is relatief rustig en vanaf vak D kan er al naar de start gedribbeld worden. De start, de start, waar is dat ding? Ik mis een grote boog, bord, hoogwerker of wat dan ook. Dan zie ik eindelijk een klok, en zet mijn TomTom aan. Shit, dit was nog steeds de start niet, die ligt toch nog een stuk verderop en ik zie hem pas als ik er overheen dribbel. Nou ja, in elk geval mijn klokkie op tijd aangezet zullen we dan maar zeggen.

De eerste kilometers gaan voorspoedig. Zo te zien geen last van spoken dit keer, en ik haak aan bij een oudere donkere man met een grote bos grijs haar. Hij loopt een voor mij lekker tempo en is makkelijk te volgen. De zon schijnt en ondanks de 14 graden is het best warm zo met die stralen op mijn bol. Ik probeer een beetje om me heen te kijken maar herken niets. Dan maar de virtuele oogkleppen op en proberen in ’the zone’ te komen met Metallica, Rammstein, Iron Maiden en AC/DC. Die schreeuwen me vanzelf wel naar de finish.

De eerste drankpost is al op 4 km en dat gooit mijn hele schema door de war. De tweede is op 7 km en pas ergens bij 12 km heb ik door dat dit komt omdat we op de marathonroute lopen. Ik zal er een mouw aan moeten passen qua voedsel. Een Peijenburgje, een stukje banaan van de organisatie en dan eindelijk de 10 km, bijna op de helft. De kilometers worden hier aangeduid door jongelui die een bord omhoog houden. De meesten zijn enthousiast, maar die van de 13 km staat verveeld met zijn telefoon te spelen, en die van de 17 km heeft hem helemaal tegen een boom gezet en is in het gras gaan liggen. Ik kan hem geen ongelijk geven. Helaas moet ik eerlijk zijn en vind ik het parcours een klein beetje saai. Misschien omdat Breda zo gezellig was vorige week. Sorry jongens, het is nu eenmaal zo.

Op 13,5 km moeten we onder het spoor door en zie ik iedereen naar links het fietspad op lopen. Even later begrijp ik waarom. Ondanks dat de weg afgezet is, is het fietspad veel minder stijl dan de weg. Ik heb medelijden met die paar stumpers die op de weg zijn blijven lopen. 15, 16 en 17 zijn door het bos en ik kak een beetje in. Maar het einde is weer in zicht. Tenminste… ik heb mijn geplande Peijenburg op 12 km laten schieten en pak op 15 km nog een stukje banaan, gevolgd door mijn gel op 16 km. En dan ontploft er een bom in mijn maag. Oh, oh, foute boel en ik voel me misselijk worden. En ik moet nog 4 km!

Mijn overlevingsinstinct neemt het over. Zolang ik niet over hoef te geven kan ik door blijven rennen, zij het ietsje langzamer dan gewenst. Desondanks zijn die laatste kilometers een hel. We zijn terug in de bewoonde wereld, maar het merendeel van de aanmoedigingen en de gezelligheid gaan aan me voorbij. Ik zie nog wel Marco Vink langs de kant staan met zijn camera en pers er een glimlach en een high five uit. Het stuk door het centrum herken ik vaag van vroeger, maar er is in 18 (!) jaar een hoop veranderd. Kut, ben ik al zó oud? Gelukkig is dat the least of my problems op dit moment. Ik vraag me voor de zoveelste keer af waarom ik dit toch iedere keer weer doe. En dan denk ik terug aan eerder in het beursgebouw, toen ik een compliment over mijn boek kreeg. En dan weet ik het weer en loop door. Ik kijk uit naar wat vrienden maar zie ze niet. Het Stratumseind ziet zwart van de mensen, maar ik ruik alleen de geur van frituur die me nog misselijker maken, om nog maar te zwijgen van de wietlucht even verderop. Dat was toen ook al zo, sommige dingen veranderen nooit.

De laatste bocht om zegt nog 500 meter tot de finish, en net als de start heb ik een hoop moeite om te zien waar dat kreng is. Dan zie ik Frank staan en ren ik letterlijk in zijn armen. Even bijkomen en de misselijkheid zakt nu snel, alhoewel mijn maag in de knoop blijft zitten. Een blik op mijn horloge vertelt me dat ik het niet gered heb om 2:10 te lopen. Later blijkt dat het 33 seconden scheelt en ik ben stiekem een heel klein beetje teleurgesteld. Dat verdwijnt als ik zie dat het toch mijn tweede beste tijd op de halve marathon is. En bovendien, als ik sneller loop verdien ik minder punten, en mag ik dus minder chocola eten vanavond. Onze vrienden vragen of we nog een borrel komen drinken als we al onderweg zijn naar de auto. De gezelligheid verliest het van de afkoeling, vermoeidheid, het vooruitzicht van de nog lange reis naar huis en het feit dat ik me toch nog niet helemaal lekker voel.

Op weg naar huis begint het langzaam tot me door te dringen. De volgende wedstrijd die we lopen, is de marathon van New York. Wow!

2 Reacties

  1. Marc Lenaerts

    Veel te veel gegeten naar mijn mening. Banaan en gels geen goede combinatie. Heb je dit als eens uitgetest op training. Ik eet in principe nooit iets op een halve marathon.
    Toch een mooie prestatie ondanks je maagproblemen.
    Groetjes.
    Marc

    Reageren
    1. Saskia Uit den Bogaard (Auteur bericht)

      Ja, daar ben ik inmiddels ook achter. Ik had me gewoon aan mijn eetplan moeten houden (op 6 en 12 een Peijnenburg en op 16 een gel) óf die banaan over moeten slaan. Maar ja, zo leer je elke keer weer iets nieuws. Weet ik in elk geval dat ik dat niet meer moet doen, ha, ha, ha.

      Thanx.

      Reageren

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *