Drie maal scheepsrecht. Ik ben er nooit méér klaar voor geweest, fitter dan ooit, meer getraind, beter voorbereid en met meer zin er in. Een PR van onder de 4:45 moet er in zitten, misschien wel richting de 4:30. MAAR… het wordt warm, erg warm. En vrijdag heeft mijn rechterbilspier een rare twist gemaakt, die doet nu pijn. Veel pijn. En dat zou wel eens roet in het eten kunnen gooien. Erg.veel.roet.
Na zaterdag sfeer geproefd te hebben te hebben bij de minimarathon en te genoten hebben van een drankje op een zonnig terras, stapelen we naast de bitterballen gewoon nog even door op de pastaparty van de groep. Om vervolgens thuis traditiegetrouw naar ‘De Marathon’ te kijken. Op tijd naar bed maar de nacht is onrustig. Ik wil zo graag, maar wat gaat mijn been doen? Ik baal als een stekker, maar kan er nu toch ook niets aan doen.
Gelukkig voelt het bij het opstaan wel iets beter. We zien het wel, als het niet gaat zoals het moet, dan moet het maar zoals het gaat. Met mijn mooie nieuwe InkNBurn shorts, het Rotterdam Marathon Deelnemers shirt, mijn nieuwe Hoka’s, mijn signature vlechtjes en voor de gelegenheid Rotterdamse vlag groen met wit gelakte nagels zal het aan mijn outfit niet liggen. Frank heeft gisteren al pannenkoeken gebakken en de gelletjes liggen ook al klaar, dus om 8:15 kunnen we op weg. Eerst richting The Green Room, speciaal ingericht voor de mensen van de groep, voor de megagroepsfoto. Van daaruit naar de kleedruimtes om de tas te dumpen. En dan met nog een kwartier te gaan naar het startvak. Om onderweg veel bekenden tegen te komen.
We komen aan de voorkant van het startvak uit, waar een cameraman en journaliste van RTL staat. Die zijn op zoek naar Gertjan. Iemand uit onze groep die uitgekozen is om gevolgd te worden gezien zijn geweldige verhaal om in vijf jaar tijd van 135 kilo naar 73 te komen en nu de marathon te lopen. We helpen zoeken, maar hij is in eerste instantie nergens te vinden, dus duiken wij ook het vak maar in. Het is bijna 10:00. Lee zingt, en we zingen met z’n allen luidkeels mee. Dan de heartbeat en het kanonschot en moeten wij nog een half uur wachten. Gertjan is inmiddels gelokaliseerd en komt bij ons staan nadat hij zijn verhaal heeft gedaan. Ze willen hem bij de start volgen, maar omdat hij zo klein is krijgt Frank een ballonnetje om. Hij moet bij Gertjan in de buurt blijven, dan kunnen ze hem vinden.
Na een kwartier mogen wij ons ook bewegen. En natuurlijk moet er weer geplast worden. Er staat ook bij de mannen een lange rij, en tegen de tijd dat iedereen klaar is staan we helemaal achteraan. Dan mogen ook wij weg en RTL staat achter de hekken om de start te filmen. Tenminste… de dame staat klaar, de cameraman is ook even plassen. We wachten tot hij klaar is, gaan dan rennen terwijl er gefilmd wordt en mogen ook wij eindelijk over de start. Als laatste over de finish zal ik niet gauw komen (met uitzondering van een niet nader te noemen trailrun ergens in het diepe zuiden van het land), maar als laatste over de start? Check!
Het voordeel van als laatste starten is wel dat je heel veel mensen in kan halen. Met het risico om veel te snel te lopen natuurlijk. Gelukkig heb ik geen last van mijn been tijdens het lopen. Ik voel wel dat er wat zit, maar geen belemmering om in elk geval het eerste deel van mijn plan te volgen. 10 km p/u op de eerste 10 km. De eerste 5 km vliegen voorbij. De Erasmusbrug merk ik niet eens, en ik moet heel even denken aan de Verrazano in New York 5 maanden geleden. Ik neem wel braaf wat te drinken bij de drankpost. Frank is er gelijk al vandoor gegaan, en ik heb Gaston in het oog gehouden maar ben hem daarna toch ook wel kwijt.
Onderweg kom ik veel groene shirts tegen. Ik zeg iedereen gedag maar loop wel door. Die komen we straks wel weer tegen als ik bij een drankpost wandel, of later, als ik lekker inkak. Het kan me niet schelen, ik heb inmiddels besloten om mezelf maar te accepteren zoals ik ben. Gewoon snel starten, lopen op een tempo dat op dat moment voor mij goed voelt, en dan zie ik wel hoe ver ik er mee kom.
Op weg naar de 10 km spot ik Evert Buitendijk op de 9 km, zoals van tevoren aangegeven. Ik ben nu nog lekker fris, ondanks de warmte die ik toch al wel voel, dus er kan nog een brede glimlach vanaf. Het tempo van de 10 km p/u gaat moeiteloos. Dan ineens zie ik een heel bekend -ikkendieventergensvan- gezicht rechts langs het parcours staan, en mijn brein heeft een split second nodig om het gezicht te plaatsen. Ik heb hem gisteravond nog gezien in de film, en een paar weken eerder in het theater. Het is ‘Gerard’ uit de musical De Marathon, en de andere drie mannen staan ook in vol ornaat naast hem, high fives uit te delen aan de lopers. Ik wijk met een brede grijns uit naar rechts, die kans wil ik pakken, en high five vrolijk mee. Heel even bedenk ik me of ik zal stoppen voor een selfie, maar ik loop zo in mijn flow en mijn telefoon zit achter een rits in mijn Flipbelt dat het moment ook zo weer voorbij is. En teruglopen is geen optie. Daar krijg ik vast spijt van, ik ken mezelf.
Eenmaal bij de 10 km aangekomen is het plan om terug te zakken naar 9,5 km p/u, en kijken hoe lang ik dat volhou. Maar ja, je moet flexibel zijn in het leven. Want hoewel ik mijn lijf wel voel, ik ben nog helemaal niet moe en loop ik zo ontzettend relaxt en ontspannen dat ik ter plekke besluit om de 10 km p/u nog even door te trekken naar de 15 km. Ik draai dus vrolijk het Havenspoorpad op, waar het dit jaar drukker is dan andere jaren. De zon schijnt hier wel genadeloos in mijn gezicht en AC/DC zet uitgerekend hier Highway to hell in. Maar het kan me nog steeds niet deren. Sterker nog, ik erger me een beetje aan de grote groep die aan de 4:30 pacer klit zodat ik er niet langs kan. ‘Jongens, loop eens een beetje door of laat me er langs…’ mopper ik in mezelf. ‘Hell must be missing a demon’!
Dan het rare bochtje bij het 15 km punt. Aan de overkant zie ik Frank lopen maar die zit in zijn bubbel dus roepen heeft geen zin. Ik bedenk me wel dat ik dus niet eens zo heel erg gek veel achter hem zit. Ik kijk ook uit naar Gaston maar die is in geen velden of wegen te bekennen. Waarschijnlijk heb ik hem gewoon gemist. Na een beker water vis ik de tweede helft van mijn inmiddels heel erg gesmolten chocolate powerbar en terwijl ik de chocola tot achter mijn oren smeer word ik aangeklampt door de mensen van RTL die willen weten waar Gertjan uithangt. Tja, ergens achter me, maar hij zal er zo wel aankomen…
Ik vervolg mijn weg, loop nog steeds op rolletjes dus trekken we het tempo door naar het 20 km punt. Ondertussen kom ik weer meerdere bekenden tegen op het parcours. Zó handig die groene shirtjes! Ook speur ik tussen het publiek naar een oud collega. Gelukkig zien ze mij op de valreep voorbij komen. Ik praat nog even met Aloha Carmen onderweg en heb dit jaar ook totaal geen last van mijn 18 km -ikbenmoemaarikbennognieteensopdehelft- momentje. Dan zit de helft er op. Wel even op een houtje bijten, want ik heb me vergist in het aantal gelletjes en kom er één te kort. Eerst door naar de 25 dus.
Ik passeer de 21 km en nog steeds ben ik conditioneel niet moe. De pijn in mijn benen daarentegen… maar ja, je bent een bikkel of je bent het niet. Pijn is fijn, no pain no gain, pijn is een emotie en met nog meer van dat soort flauwekul kan ik pijn gelukkig wegblokken dus ik loop door. Eerst dat klotestuk op Zuid afmaken, dan kijken we daarna wel verder. Op de 25 km klok ik, húh? een PR van 2:28:51. Doe effe normaal!
En dan staat daar toch geheel onverwacht het kleine broertje van de man met de hamer. Heel sneaky op de zo niet afgesproken plek. Blijkbaar moet hij het nog leren en loopt hij stage. Ik krijg een steek in mijn linkerzij terwijl ik de Erasmusbrug op en af loop, die zich niet zo makkelijk laat verhelpen en mijn tempo afremt. Nog steeds netjes tussen de 9,5 en 10 km p/u, maar ik verlies tijd met diep zuchten en langzamer lopen. Ik besluit het vol te houden tot het 30 km punt, dan ga ik toch drinken en even wandelen en ik hoop dat het dan wegtrekt. Het blokken van de pijn in mijn poten gaat ook ineens een stuk moeilijker en de zon is nu toch wel erg warm. Ik maak dan ook dankbaar gebruik van de sponsen en sproeiers langs de weg.
Ik kijk met een schuin oog naar de overkant van de Blaak waar de lopers al op weg naar de finish zijn, en kijk gelijk weer weg. Koppie erbij houden Sas! Je moet nog een stukje. Vlak voor het 30 km punt staat Jenny langs de kant. Ik wil eerst even over de mat om dan de stoppen zodat ik even gedag kan zeggen, maar ze loopt niet mee. Later blijkt dat ze ingebouwd staat tussen de struiken. Dan maar door (sorry Jen), want ook nu is teruglopen geen optie. Ze roept nog wel na dat Frank nog maar net voorbij is. Ik heb nu 3 minuten verval op een 10 km p/u tempo. Ik ben nu al blij. Mijn schoonvader zou hier overigens ook ergens moeten staan maar die zie ik niet. Ik gebruik de drankpost om weer wat te drinken, maar ook om even een moment voor mezelf te nemen. Ik wissel mijn lege headphones voor nieuwe, doe alles even goed, neem een gelletje en pak een zout dropje. Nog een laatste slok en op naar de laatste hindernis. HET BOS…
Het valt me op dat zelfs hier meer mensen staan dan normaal. Desondanks is het even een rustmomentje na de harde muziek in Crooswijk. De eerste drie kilometer gaan nog steeds soepel maar ik weet dat ik meer beducht moet zijn op de Kralingse Zoom, voor mij altijd de langste kilometer van de Rotterdam Marathon. Dit jaar hebben ze echter de videoschermen vlak om de hoek gezet, en dat geeft weer een paar honderd meter afleiding, zelfs als er voor mij geen video’s afgespeeld worden. Toch ben ik blij als het 35 km punt in zicht komt. En daar gebeurt het onwaarschijnlijke.
Ik zie Frank lopen! Nou ja, wandelen met een beker water. Ik krijg een déjà vu van vorige week, met het verschil dat ik hem dit keer wél inhaal. Ik spreek hem aan, maar hij is behoorlijk van de kaart en helemaal naar de klote. Geen man met een hamer maar met een vuurspuwer. Ik wandel even met hem mee maar voel me toch ook nog meer dan goed genoeg om te lang bij hem te blijven. Ik ga door en laat hem met gemengde gevoelens achter. Trots en blij dat ik dit gewoon flik, maar ik vind het ook kut voor hem omdat ik weet dat hij net zo hard getraind heeft en onder normale omstandigheden veel beter is dan ik.
Lang kan ik er niet bij stilstaan. Ik heb nog steeds even te gaan en ben ook nog lang niet bij de finish. De weg naar de 40 km is nog lang, warm en zwaar. Ik krijg weinig mee van de Chardonnay drinkende Kralingers en de daaropvolgende bierdrinkende Crooswijkers. Ik vang het woord ‘hinde’ op, dus het ziet er blijkbaar beter uit dan dat het voelt. Of het is gewoon een leugentje om bestwil. Ik zie weer een groen shirt en terwijl ik inhou om gedag te zeggen zie ik ineens dat ze poseren voor Evert. Die was ik helemaal vergeten (sorry Evert). Het zij me vergeven na bijna 40 km, helemaal als ik ook op de foto ga. Ik overleef daarna tot aan de laatste drankpost en heel even schrik ik als ik denk dat er geen water meer is. Vals alarm en na nog één keer onder de sproeier door ga ik eindelijk aftellen. De Mariniersweg, onder de Kubuswoningen door, over de Blaak en dan… dan eindelijk de hoek om en de 500 meter streep op de Coolsingel. En ik geloof dat ik die 4:30 wel ga halen.
Opgelucht passeer ik de finish. Made it! Again! Nailed it! Hard! 4:17:26! Wie had dat ooit gedacht? Ik loop een stukje door en vlak na mij wordt de stroom finishers afgescheiden met een lint en de andere kant op gesluisd waardoor ik al gauw alleen sta. Dat geeft me wel de ruimte om voor Frank te doen wat hij altijd voor mij doet, wachten bij de finish tot hij er is. Op de app zie ik dat het nog een kleine 10 minuten duurt voordat hij er is, dus ik wacht onopvallend. En dan is hij daar. Ik vlieg hem om de hals, maar hij heeft even ruimte nodig. Als hij weer een beetje bij is wachten we samen op Gaston, maar die komt inmiddels weer via de andere sluis binnen. In de tussentijd zwaait Burgemeester Aboutaleb naar ons en maakt iemand nog een foto van de achterkant van onze shirts. Dan zien we dat Gaston ons al voorbij is en lopen we ook naar de medailles, waar ik mijn oudcollega opzoek om hem om te hangen.
Van daaruit naar het graveren en de tas ophalen waar een heel belangrijk element in zit. Belangrijker dan een PR of die medaille. De eerste zak paprikachips in zes maanden. En ik vind dat ik hem meer dan verdiend heb! Als we allemaal weer bij elkaar zijn en alle spullen hebben gaan we richting The Green Room waar we iedereen weer ontmoeten. Daar blijkt dat bijna iedereen het heel erg zwaar gehad heeft en vooral ook veel last van de warmte. En dat betekent ook dat ik veel van de stoere snelle mannen er uit gelopen heb. Want gek genoeg heb ik géén last van de warmte gehad. ‘Waarschijnlijk ook een positief bijeffect van het afvallen’, denk ik bij mezelf terwijl ik genoegzaam weer een hand chips in mijn mond stop. Vandaag mag het, morgen weer in het gareel.
Als we later na een heerlijke dim sum maaltijd nog even op de bank zitten gaat het licht al gauw uit. Morgen nog even nagenieten, daarna voorbereiden op een welverdiende vakantie naar Bonaire en als we terug zijn… Als we terug zijn beginnen we gewoon weer opnieuw, aan het schema voor Valencia.
De marathon is klaar, lang leve de marathon!
Fantastisch!! Heb je helaas gemist bij de finish. Gaat toch snel!!
Succes met trainen!!
Dank je wel! Jij ook.
Prachtige prestatie!
Dank je, ben er echt blij mee!