Het is een paar dagen na de marathon, en we staan op het punt om op vakantie te gaan. Ik ben nerveus. We hebben besloten om de hardloopspullen thuis te laten voor ‘verplicht’ herstel, en om even met iets anders bezig te zijn. We gaan tien dagen weg. Gaat het me lukken om zo lang niet te lopen?
Het marathongeweld heeft nog dagen geduurd. Social Media ontplofte van alle mooie verhalen en foto’s. De een nog ontroerender dan de ander. Sommigen zijn triest, van mensen die hebben moeten uitstappen of überhaupt niet mee hebben kunnen doen. De meesten zijn over de zware strijd die geleverd is, tegen zichzelf, de warmte en de kilometers. En een paar zijn triomfantelijk, omdat ze hun eerste marathon uitgelopen hebben, of in sommige gevallen zoals ik ondanks alles een mooie tijd neergezet hebben. Ik lees ze tot mijn ogen scheel zijn, ik kan er geen genoeg van krijgen. En natuurlijk de koortsachtige zoektocht naar foto’s. Er worden zo veel foto’s gemaakt die je later nooit meer terug kan vinden. Gelukkig zijn er genoeg die ik wél tegenkom, en er zitten zelfs mooie tussen.
Ik heb mijn schoonvader gevraagd om de bijlagen uit de kranten voor me te bewaren. Nog heel even nagenieten van de marathon. En toch, als ik op woensdagochtend door de kranten blader, voel ik het marathongevoel langzaam wegglippen. Het is klaar, het feestje was geweldig maar is voorbij. Hoe wanhopig ik het ook probeer vast te houden. De wereld is terug naar zijn normale status. Op straat is niets meer te zien van de duizenden lopers en toeschouwers die zondag de dag van hun leven hadden. Alles is netjes schoongeveegd, en alleen een verloren lege gelverpakking die ontsnapt is aan de grijpgrage vingers van de bezemwagentjes en een streep gele verf met de cijfers 38 op het asfalt geven nog aan dat er een megaevenement plaats gevonden heeft. Zelfs op de Maasboulevard, waar je de afgelopen weken kon filelopen, is leeg. Geen hardloper meer te zien, iedereen pakt even zijn rust en herstel.
Ook thuis hebben we slechts de herinnering in de vorm van een nieuwe medaille aan de muur en een hele blauwe teennagel van Frank. De spierpijn is al bijna weggetrokken, ik kan weer normaal de trap af, de startnummers zitten in de bewaarmap en het bad dat altijd vol ligt met hardloopkleding is leeg, alles netjes gewassen en opgeborgen voor de vakantie.
Het geeft ook wel een stukje rust, om even niet met hardlopen bezig te zijn. Heel even maar, want het hardloopleven gaat gewoon door. Ik heb mezelf voorgenomen om na de vakantie naar het schema te gaan kijken voor Valencia. In dat schema zitten ook gewoon weer wedstrijden. Wedstrijden waar ik nu al voor moet inschrijven zoals de Dam tot Dam, die binnen no time uitverkocht is. En ondanks dat de nieuwe stip op de horizon Valencia is, voel ik diep van binnen ook al wat kriebels zitten voor Rotterdam 2018.
Rotterdam 2017 is klaar, alles is opgeruimd en opgeborgen. Er rest ons alleen nog even nagenieten alvorens we onze blik weer vooruit leggen. Ik voel een klein stukje verlies, tegen het verdrietige aan. After marathon blues. Gelukkig hebben die één voordeel.
After marathon blues duren nooit lang!