Over de Smokkelaarstrail en een verdwaalde puppy

Als de loting anders uit was gevallen had ik vandaag de marathon van Berlijn gelopen. In plaats daarvan moest ik kiezen uit Disney, de Vredesloop, de Halve van Texel, de Willemstadloop of de Smokkelaarstrail. Keuzes, keuzes, keuzes, maar gezien het feit dat Frank zich heeft uitgesproken om wat meer te trailen, en ik ook wel nieuwsgierig ben, wordt het dat laatste. De Messcherbergloop en de Koning van Spanje was ongeveer 15 km, dus vandaag doen we er een schepje bovenop en nemen de 25 km. Past bovendien goed in het schema voor Valencia.

Ik was mijn pannenkoeken met banaan al een beetje gaan missen, maar gelukkig staat Frank om 8:00 alweer braaf te bakken. Ik rij vandaag, dat dan weer wel. We zijn lekker op tijd en het is nog rustig. Verrassend genoeg komen we veel bekenden tegen, uit allerlei verschillende groepen. De start is ingericht als een douanepost inclusief beambte, wat je een beetje in de sfeer brengt. We zitten in de eerste wave, en starten samen met Angelique. Kunnen we een beetje bijpraten. Het is mooi weer en dus niks te klagen. Ondertussen vliegen de berichten over Berlijn binnen. Volgend jaar, of het jaar daarop, of wanneer het lot het wil…

We gaan lekker van start, de omgeving is mooi en omdat het al herfstachtig is staan er prachtige paddenstoelen langs de kant. Ik kan het niet laten om foto’s te maken, daar is een trail tenslotte voor bedoeld. Om te genieten van het lopen en vooral van de omgeving waar je loopt. We lopen op ons gemakje wat er voor zorgt dat we al gauw ingehaald worden door de snelle jongens uit wave twee. Boeien, we moeten nog een stukje dus we doen rustig aan, wat stiekem toch nog steeds rond de 10 km per uur is. Na een paar kilometer geeft Angelique toch aan dat ze naar 9 km per uur wil en ze laat ons gaan.

De kilometers vreten zich vanzelf op, ongemerkt zitten we al op 8 km en we nemen even drink- en eetpauze. Dan zetten we weer koers over het zeer goed gemarkeerde pad, dat alle kanten op slingert. Links, rechts, hoog, laag, en af en toe een modderpoeltje om overheen te springen. Of een boomstronkje waar ik minstens drie keer over struikel maar me gelukkig net op tijd kan herpakken om te voorkomen dat ik letterlijk en figuurlijk met een moddergezicht moet lopen.

Op 14 km is de verzorgingspost, en ik val aan op de stukjes appel en de winegums terwijl Frank even een blaartje laat afplakken. Iedereen neemt rustig de tijd om te eten en te drinken. Hoe anders dan bij een wegwedstrijd waarbij mensen nauwelijks de tijd nemen om een bekertje behoorlijk aan te pakken en meestal de inhoud daarna ook nog grotendeels over zich heen morsen als ze met 11 km per uur proberen te drinken.

Na een kleine 8 minuten lopen we weer door, op naar de tweede helft. Ik heb af en toe moeite met het smalle pad, en vind het jammer dat we niet de hele tijd naast elkaar kunnen lopen. Als we een heuvel oplopen blijft Frank een beetje achter. Hij heeft last van zijn hamstring en zijn knie. We zitten dan op 18 km en we nemen de tijd om af en toe te wandelen. Misschien was 25 km trailen ineens toch wat ver, tenslotte zijn we het niet gewend. Maar stap voor stap tellen de kilometers toch op.

Als we een bocht omgaan rond de 22 km zien we een hondje meerennen met een groepje lopers. Een beetje beter kijkend blijkt het een puppy te zijn. De lopers geven aan dat het een verdwaald hondje is. Hij blijkt uit een auto gesprongen te zijn en vervolgens aangehaakt vanaf km 18. Dat betekent dat het kleine beestje al 4 km aan het hollen is, en nog 4 km verder moet als hij mee naar de finish gaat. Achterlaten in het bos kan toch ook niet, en omdat wij toch afwisselend wandelen en lopen bieden we aan om het beestje te dragen en mee te nemen. En zo hebben we een verstekeling.

‘Boeffie’, zoals we haar gedoopt hebben, is een kleine wildebras die continue achter de lopers aan wil, maar we dragen haar om beurten en houden haar stevig vast. Misschien komt het door het beetje water met Isostar dat we haar hebben laten drinken. Slechts heel af en toe laten we haar even rennen, al was het maar omdat het best lastig lopen is met een wilde puppy in je armen. 3 km later krijgen we het bericht dat de eigenaar gevonden en op de hoogte gebracht is en bij de finish zal wachten. Hij komt ons echter tegemoet op 25 km en is dolblij dat Zoe, zoals ze echt heet, weer terecht is. Hij belooft ons een biertje bij de finish. En door alle afleiding hoeven we inmiddels dus nog maar 1 km.

We zijn stiekem toch wel een beetje blij als we de finish bereiken. Daar krijgen we het beloofde pakje boter uitgereikt, maar nog veel belangrijker staat er een bak met worstenbroodjes, waar ik er zonder gêne een uit pak en opeet. Daarna wachten we even op Angelique en als we bij het restaurant zitten krijgen we de beloofde biertjes van de eigenaar van Zoe. Met het prachtige nazomerweer is het zeker geen straf om op het terras te zitten, en het is al met al dan ook al 16:00 uur als we de terugtocht naar huis aanvaarden. Eenmaal op de bank kunnen we gaan nadenken over ons volgende avontuur aankomende zondag.

Allez eh, loopt ge de halve van Brussel?

 

 

2 Reacties

  1. Bram van Diemen

    Nog bedankt dat jullie zoe over wilde nemen en blij dat de eigenaar gevonden was.

    Reageren
    1. Saskia Uit den Bogaard (Auteur bericht)

      Graag gedaan hoor, en gelukkig is Zoe weer op haar pootjes terecht gekomen…

      Reageren

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *