Voor het vierde jaar op een rij sta ik morgen aan de start van de Rotterdam Marathon. Het wordt in totaal mijn zesde marathon. Ik ben opgewonden, ik heb er zin in! En toch? Toch voelt het anders dan de eerste keer.
De eerste keer heb ik er maanden naar toe geleefd. Mijn leven bestond volledig uit de marathon die ik ging lopen. Ik las alles wat los en vast zat wat er over het lopen van een marathon te vinden was. Ik heb iedere training beschreven en alle zaken die daar omheen speelden. Ik heb alle facetten van het emotionele palet doorlopen. En uiteindelijk die marathon gelopen. Waarop er meer volgden. Maar nooit meer zoals de eerste.
Ik vergelijk het een beetje met verliefd zijn versus houden van. In het begin word je verliefd. Met de vlinders in je buik gieren de hormonen door je lijf. Je leven is fantastisch, je leeft op een roze wolk. Soms heb je ook momenten dat er even iets niet goed gaat. Een klein misverstand en je huilt tranen met tuiten omdat je denkt dat alles verloren is. Om er vervolgens achter te komen dát het een misverstand was en weer in alle staten van opwinding te zijn. Je kan aan niks anders meer denken, je slaapt slecht en als je slaapt droom je maar over één ding. Je flirt, je maakt je op, je hebt regelmatig contact met elkaar en alles staat in het teken van. En dan komt de grote dag. Je hebt met elkaar afgesproken en je weet dat het er van gaat komen.
De week ervoor kan je al helemaal niet meer slapen, de twijfel slaat toe. Gaat het lukken, matchen jullie wel, vindt hij jou net zo leuk als jij hem? En valt het straks niet enorm tegen? Je bent in alle staten en vliegt van volledig zelfvertrouwen naar complete twijfel. Het wordt niets, het gaat je niet lukken, er zal van alles fout gaan, het loopt totaal niet zoals je had verwacht. En iedereen om je heen staat aan de zijlijn om je aan te moedigen en je van goed advies te voorzien zodat je het helemaal niet meer weet. Op de dag zelf ben je één grote zenuwpees en dreigt bijna niet te gaan. Maar je slaakt een diepe zucht en gaat toch, je nagels gelakt, je haren gekamd, je mooiste outfit aangetrokken en niets aan het toeval overgelaten.
En het was fantastisch! Die paar puntjes die niet goed gingen kan je je niet eens meer herinneren, je weet alleen nog dat het aan je voorbij raasde en toen het hoogtepunt kwam genoot je zoals je dat nog nooit van tevoren gedaan had. Je weet het zeker, jullie horen bij elkaar en zullen nooit meer uit elkaar gaan. Jullie relatie is bezegeld.
En dan ga je naar de volgende fase. De fase waarin de verliefdheid over gaat in houden van. Nadat de eerste glans weer vervaagd is leer je elkaar beter en dieper kennen. Soms is dat verrassend, soms is het bekend en soms is het gewoon niet leuk. Dan baal je van hem en vergeet je even waarom je hem ook alweer zo leuk vond. Gelukkig duurt dat niet lang, want de eerstvolgende keer is het wél weer heel erg leuk en fijn samen. Er komt langzaamaan weer ruimte voor je eigen dingen nu niet alles meer in het teken van hem staat. En dat is even wennen. Zoeken naar de juiste balans. Er zijn nieuwe hoogtepunten maar ook dieptepunten. Soms zo diep dat je overweegt om het uit te maken. Dan praat je met elkaar, spreekt de verwachtingen uit en maakt goede afspraken. Heel soms neem je even afstand van elkaar, om er dan achter te komen dat je elkaar toch niet kunt missen.
Je maakt het nodige met elkaar mee en langzaam maar zeker wordt jullie band sterker en sterker. Je gaat op reis, experimenteert en ontdekt nieuwe dingen. Vooral ook om het leuk te houden, het beter te maken. Samen ben je op een ontdekkingsreis. Een reis waarvan je niet weet waar die eindigt, maar waarvan je elke stap geniet. Soms een routinestap, soms een onverwachte stap, soms een misstap en soms een stap met een gouden randje. En dan ineens ben je niet meer verliefd. Je hebt misschien nog wel verliefde momenten, maar die verliefdheid van het begin is er niet meer. Deze heeft plaats gemaakt voor iets diepers, sterkers, mooiers en blijvenders. En dan weet je voor jezelf…
‘Ik hou van de marathon, met heel mijn hart en ziel!’