Er zijn twee dagen in het jaar waar ik altijd naar uitkijk. Nou vooruit, drie als je de marathon van Rotterdam meetelt. Maar ook al staat mijn verjaardag met stip op één, de andere dag waar ik de kalender voor afkruis is de dag van vandaag. De dag in het jaar waarop ik mijn eerste oliebol mag eten! Dat ik daarvoor eerst de Bruggenloop moet lopen is dan maar een klein detail. Ditmaal is ook nog dubbelop want ik heb ook al bijna een jaar mijn ‘foutekersttruihardloopshirt’ in de kast liggen en die kan ik dan ook eindelijk aan.
De Bruggenloop is altijd een rare dag. Omdat we pas om 15:30 starten en het een vrije dag is, is het autistische deel van mijn brein altijd een beetje van slag. We slapen een beetje uit waardoor ik ietwat suf wakker word. Gelijk pannenkoeken ontbijten heeft geen zin maar uitgebreid iets anders eten past ook niet. Dus eet ik een sinaasappel om te overbruggen tot een uur of 11 als Frank de pannenkoeken bakt. Ik doe ondertussen klusjes in huis.
We moeten toch op tijd weg vandaag want Frank regelt de oliebollen en we hebben voorlichting voor de eventuele reis naar New York. Om 12:30 zijn we dan ook bijna de eersten die aankomen in het Topsportcentrum, waar zich inmiddels de traditionele Green Room bevindt. Bij de ontvangstbalie krijg ik een verrassing. Carola heeft vorige week niet alleen een mini-me gespot en de foto op Facebook gezet, ze heeft er ook daadwerkelijk een voor me gekocht. Ik vind het superleuk en heb nu ook eindelijk een heuse eigen mini-me. Gewoon te grappig voor woorden. Hij mag op de ontvangstbalie blijven staan tot ik klaar ben met lopen en daarna mee naar huis.
De voorlichting begint om 13:30 maar voor die tijd hebben we al veel bekenden gezien en bijgepraat. Nadat alle vragen over New York gesteld en beantwoord zijn is er nog even tijd voor de groepsfoto en dan gaan we gauw richting start want er moet ook nog een lampje opgehaald worden. Eenmaal in het startvak, we zitten in wave 1, maak ik me klaar voor anderhalf uur afzien. Blik op oneindig, verstand op nul, muziek aan en klokje op start. Ik heb het gevoel alsof ik drie maanden niet gelopen heb en dan klinkt 15 km best ver. Het enige voordeel is dat het nog licht is.
Ondanks dat ik muziek in mijn oren heb loop ik met Marilene op. We gaan in het begin natuurlijk weer veel te hard van start maar ik zie wel waar het schip strand. De route loopt dit jaar weer over de Erasmusbrug en daarmee is het de oude route waardoor de start ook weer bij de Kuip is. Tegen de tijd dat we bij de Erasmusbrug aankomen geef ik aan dat ik het tempo iets wil laten zakken voordat ik me kapot loop, en dat Marilene maar moet gaan, maar ze blijft bij me. Ook voor haar is het doel uitlopen onder de 1:30.
Na de brug gaan we de Maasboulevard op en verrassend genoeg lopen we dit keer beneden langs. Dat betekent straks onder de brug door, kinderkopjes en het heuveltje weer omhoog. Het voordeel van je achtertuin kennen. Eenmaal weer boven staat de drankpost. Opnieuw zeg ik tegen Marilene dat ze maar door moet lopen als ze wil want ik wil wat water. Omdat de drie musketiers Henk, Paul en Erik voor ons lopen haakt ze daar aan terwijl ik mijn momentje pak. Daarna gauw weer door, de eerste 5 km zitten er al weer op. Bij het eind van de Maasboulevard ben ik toch weer bij Marilene en de mannen.
Ook nu is er een kleine afwijking op het standaard parcours. In plaats van het viaduct omhoog en dan naar rechts naar beneden gaan we bij de tramhalte gelijk naar rechts en via het fietspad van de Esch. Nog steeds mijn achtertuin overigens en dus kan ik ook dit stuk goed indelen qua energieverbruik. Ik weet waar ik gas kan geven en waar ik gas terug moet nemen. Ik ren inmiddels een stukje voor Marilene en de mannen wat me genoeg ruimte geeft om ook de tweede drankpost te pakken om daarna weer aan te haken.
Van daar uit rennen we naar mijn grote vriend, de Van Brienenoord. Kleine stapjes groot plezier. Marilene loopt wat op me uit maar ik weet exact hoe ik deze knul moet behandelen. Dat komt straks wel weer goed. Ik passeer het 10 km punt en begin mijn rug en bil wat te voelen. Dat kon niet uitblijven maar voorlopig doe ik maar waar ik heel goed in ben. Negeren. Mijn klokje zegt 53 minuut nog wat. Netjes, gezien de omstandigheden. Na het hoogste punt mag ik weer naar beneden rennen en ik trek weer bij Marilene. Linksom of rechtsom lopen we dus toch samen.
Naar beneden gaat altijd lekker snel en voor ik het weet zit ik bij 12 km. Minder dan 20 minuten nog, maar nog steeds 3 km te gaan. Ik zet mijn verstand op nul als mijn bil nu toch echt wel vervelend gaat doen. Tijd voor de Terminatorknop en verdomd, hij doet het weer. In Athene lag het waarschijnlijk aan het weer maar nu is het lekker fris en dit keer heb ik mijn hardrock vrienden wél bij me. Bij km 13 kijk ik op mijn klokje hoe we er voor staan. 1:09 nog wat en 2 km te gaan. Kwartiertje om onder de 1:25 te blijven. Zou mooi zijn.
Terwijl ik verder ren reken ik even door. Kwartiertje is 7:30 de kilometer maar ik loop veel sneller dan dat. 12 minuten dan. Zou max 1:22 worden, maar het is minder. Shit, ik zit op de rand van de 1:20. Ik haat het als ik 1:22:08 zou lopen omdat ik nu inkak. Maar ik haat het ook als ik 1:22:08 loop terwijl ik me de longen uit mijn lijf ren. Keuzes, keuzes, keuzes. De Terminatormodus neemt de beslissing voor me. We gaan er voor. Marilene ben ik op dat punt kwijtgeraakt.
Mijn bil protesteert, mijn longen beginnen een beetje te branden maar mijn brein vlucht in de muziek en mijn benen vliegen over de weg. Ik denk dat we wind mee hebben en een stukje verderop zie ik het viaduct dat de laatste honderd meters aankondigt. Het zijn er nog 200, dat trek ik nog wel. Over de finish zegt mijn klokje 1:19 en een beetje. Net gehaald dus en ik ben blij dat ik er voor gegaan ben. Niet de tijden die ik vorig jaar haalde maar ik ben het toch ook nog niet helemaal verleerd. Ik wacht op Marilene die blijkbaar een pitstop moest maken, vandaar dat ik haar kwijt was.
We lopen direct terug naar het Topsport centrum waar het lekker warm is en vooral waar de oliebollen zijn. Frank is anderhalve minuut voor mij gefinisht en is er al. Het feestcomité staat boven aan de trap te cheeren en daarna komt het hoogtepunt van de dag, de oliebollen! Ik val er gelijk op aan, ik heb er lang genoeg op moeten wachten en hard genoeg voor moeten rennen. Daarna is het napraten met diegenen die al binnen zijn en wachten op diegenen die nog binnen moeten komen. En natuurlijk nog een oliebol aftroggelen van Richard die hem niet hoeft zodat ik tien minuten later op mijn tweede bol zit te kauwen. Rond een uur of zeven is het wel welletjes en tijd voor een bad en avondeten. Morgen weer braaf aan de sla, maar niet nadat ik als toetje nog één oliebol verorber. En de rest van de maand?
Ik denk dat ik nog maar een paar loopjes ga inplannen…