Er zijn van die wedstrijdjes die je loopt, gewoon omdat het kan. Zoals de Watertorenloop. Op een gewone doordeweekse woensdagavond. Frank is er niet dus ik moet mijn training sowieso alleen doen, dan kan ik net zo goed een wedstrijdje lopen. En al helemaal als hij praktisch in mijn achtertuin is. Ik ken de route als mijn broekzak en weet dat het leuk en lekker lopen is daar.
Als ik maandag de knoop doorgehakt heb en eindelijk tijd om even aandacht te besteden aan de inschrijving stuit ik op een klein probleem. Hij is uitverkocht. Gelukkig niks dat een oproep op Facebook niet kan verhelpen. Willem Rotterdambassadeur heeft een agendaconflict en ik mag zijn startnummer hebben voor de 5 km op voorwaarde dat ik een leuke foto maak. Dat moet wel lukken. Hij stuurt me de gegevens door en ik denk nog even na of ik probeer om te zetten naar de 10 km.
Woensdag besluit ik dat ik gewoon de 5 km loop. Misschien dat ik ook nog een beetje gas geef. Tenslotte heb ik een eer hoog te houden. Omdat ik toch 10 km in totaal wil lopen kan ik er rennend naar toe en dan na de wedstrijd ook weer rennend naar huis. Past precies. En gelijk een uitstekende gelegenheid om mijn nieuwe slofjes in te lopen. Er is wel regen voorspeld maar aangezien Frank de scooter meegenomen heeft en ik niet met de auto of fiets wil is de keuze definitief gemaakt. De start is om 20:00 en ik moet uiterlijk 19:45 mijn nummer opgepikt hebben dus de planning wordt 19:00 vertrekken.
Na de voorbereidingen voor de noedelsoep klaar te hebben zodat ik snel kan eten als ik straks thuis kom gooi ik gauw een bananenpannenkoek in de pan als brandstof. Het is al redelijk aan de late kant maar ik vertrouw er op dat met een uur tijd en rustig er naar toe rennen het eten voldoende kan zakken. Ietsje later dan gepland stap ik om 19:07 naar buiten, speciaal voor de gelegenheid met mijn Rotterdam Running Crew shirt. Het miezert licht maar daar zal ik niet veel last van hebben. Het rustig er naar toe dribbelen lukt niet helemaal. Misschien is het de miezer, misschien mijn nieuwe schoenen maar de eerste km gaat op een lekker tempo. Dat moet rustiger en km 2 hou ik bewust in.
Na 2,5 km ben ik bij de start, zet mijn hardloopsessie op pauze en ga op zoek naar het secretariaat. Daar tref ik wat vrienden die allemaal de 10 km gaan lopen. Ik maak vast een foto voor Willem, doe ik er straks nog wel een met de medaille. We kijken nog even naar de startlijsten en zien dat er veel minder deelnemers op de 5 km zijn dan op de 10 km. ‘Dan kan je winnen’, roept Carola vrolijk. Dat lijkt me sterk, Augusta van Hoogdalem loopt mee en die is retesnel. Ik ken haar van Facebook en andere events. ‘Podium dan’, blijft ze optimistisch wat ook door Roos beaamt wordt. Gekkerds. De 10 km start een kwartier eerder dus ik loop mee om ze uit te zwaaien en kom daar zelfs nog een paar oud collega’s tegen. Klein wereldje. Als de 10 km lopers weg zijn ga ik maar vast in het startvak staan en dans wat op de muziek om warm te blijven.
Ik krijg een soort van stok in mijn handen gedrukt van piepschuim met lichtjes er in, en omdat het toch ook een FunRun is besluit ik hem aan te zetten en er mee te gaan rennen. Ziet er hopelijk gezellig uit straks bij de finish. Dan is het tijd en wordt er afgeteld. Muziek aan, hardloopsessie voortzetten en gaan dan maar. Ik laat me even meeslepen door de kopgroep, bestaande uit Augusta en een handje mannen. Ik ga daardoor wel iets te hard van start maar het maakt ook dat er na mij best wel wat ruimte zit voordat er andere lopers zijn.
Augusta en de mannen lopen al snel van me weg en ik word slechts af en toe ingehaald door een man. Vrouwen zie ik niet voorbij komen wat zou betekenen dat ik tweede loop. De twijfel slaat toe. Moet ik nu écht gaan racen of me aan mijn oorspronkelijke plan houden, namelijk vaart maken maar wel in trainingmodus. Tenslotte heb ik afgelopen zondag 30 km gelopen, maandag gelopen en gisteren in de sportschool getraind, wat ik toch ook zeker in mijn rugspieren voel.
Ik blijf besluiteloos en ren ondertussen maar gewoon op een acceptabel maar snel tempo door. Acceptabel zodat ik niet helemaal stuk ga, maar snel omdat ik toch de eer van Willem in mijn achterhoofd heb en toch ook misschien een goede notering. Alleen, maar niet eenzaam, loop ik over de route die mij zo bekend is. Alleen nu loop ik in het donker. Niet helemaal, want de organisatie heeft erg zijn best gedaan om er iets moois van te maken. Er hangen dezelfde lichtstaven die ik in mijn hand heb op de plekken waar het kan, de vrijwilligers en hekken zijn ook verlicht en zelfs langs de kant van het lange fiets-wandelpad op de terugweg staan fakkels om de route aan te wijzen.
Aan het einde van het wandelpad word ik toch nog ingehaald door een dame. Ik wil wel mee maar heb een lichte steek in mijn zij van het eten en het feit dat ik toch iets te hard van start gegaan ben. Bovendien heb ik nog steeds niet besloten of ik nou echt wil gaan racen of niet. Ik weet helemaal niet of ze wel aan een 1-2-3 winnaar doen, of er een prijs te winnen valt, of ik wel meetel omdat het startnummer officieel niet op mijn naam staat en of ik niet op het einde alsnog ingehaald word. Ik kijk stiekem om en zie niemand. Derde, is het niet officieel dan is het voor mijn eigen eer. Dat is het moment waarop ik besluit om in elk geval te proberen niet meer ingehaald te worden. Mijn klokje zegt dan nog 500 meter tot de finish.
Het laatste stuk is terug langs het water en heeft nog een trappetje, maar dan zie ik de finish liggen en weet ik dat ik volgens de telling derde binnen moet zijn. Als ik over de lijn ren krijg ik mijn medaille, een reep en een flesje water. Technisch gezien zou iemand nu moeten zeggen dat ik derde ben maar omdat dat niet gebeurt zal er wel niks speciaals voor zijn. Ik wil eigenlijk al weglopen als een man die voor mijn gefinisht is me aanspreekt. ‘Loop jij de 10 km?’, vraagt hij. Ik ontken. ‘Welke plek ben je dan binnengekomen?’ ‘Als het goed is ben ik derde’. Verwarring. Hij liep met een startnummer van een dame en is dus uit de selectie gehaald maar hij snapt niet waarom ik dan niet gekenmerkt ben als derde vrouw. Ik vertel hem dat ik een nummer overgenomen heb van een man. Dat verklaart het blijkbaar voor hem en hij roept naar de organisatie dat ik derde ben, precies op het moment dat de vrouw achter mij finisht die wel met haar eigen damesnummer loopt. Opnieuw verwarring want wie wordt nu officieel aangemerkt als derde?
Augusta grijpt in en lost het probleem voor iedereen op door met de organisatie te besluiten dat we gewoon samen op het podium komen staan en allebei een prijs krijgen. De dame in kwestie is tevens zo sportief om het bewijsje van derde vrouw aan mij mee te geven als aandenken. Ik ben helemaal beduusd. Niet alleen omdat ik zo onverwachts een podiumplaats heb gelopen, maar ook omdat ze allemaal zo ontzettend sportief en leuk reageren om het op die manier op te lossen. De man in kwestie zie ik niet meer, maar als hij dit leest, dank je wel!
Er worden wat foto’s gemaakt en nadat we gedag gezegd hebben ga ik maar weer richting huis voordat ik te veel afkoel. Mijn handen vol met een flesje water, een reep, een gratis startbewijs voor een volgende EpicIndeRunning loop en een medaille om mijn nek zet ik mijn klokje weer aan die inmiddels op 7,5 km staat, om de laatste 2,5 km vol te maken. Gelukkig is het maar 2,5 km terug naar huis en regent het nog steeds niet. Ik vergeet helemaal om een foto met medaille voor Willem te maken en zal moeten wachten tot de officiële foto’s van het event.
Eenmaal thuis volg ik gewoon de rest van mijn avondprogramma, te weten douchen, eten en TV kijken. Een normale doordeweekse woensdag. Maar wel een waarin ik een prijs gewonnen heb met hardlopen. Een loopje dat ik niet snel zal vergeten en een avontuur dat weer in de boeken kan. En het meest grappige van alles?
Ik heb geen flauw idee hoe snel ik die 5 km nou eigenlijk gelopen heb!
Wat een ontzettend leuk verhaal. Er zijn ook sportieve lopers. Gefeliciteerd en vind je verhaal leuk geschreven.
Dank je wel voor het compliment. Ben helemaal heppiedepeppie!