Het is weer tijd voor de jaarlijkse jaarafsluiting. En het was weer een jaartje wel, met vele diepte en een paar hoogtepunten. Op persoonlijk gebied hebben we eindelijk onze verbouwing af kunnen maken, kregen we te horen dat we de rechtszaak tegen de aannemer gewonnen hebben maar zijn uiteindelijk toch als verliezers naar buiten gekomen omdat hij failliet verklaard is. Maar goed, het heeft geen zin om er lang over te blijven treuren. We kunnen gewoon doorleven, we zijn gezond (tot zover), kunnen nog steeds beleg op ons brood smeren en kunnen ook nog steeds ‘gewoon’ op vakantie. Op de valreep van het einde van het jaar een mijlpaal in mijn leven door voor het eerst zelf mijn baan op te zeggen. Ik start 1 januari letterlijk met nieuwe ronde, nieuwe kansen.
Op hardloopvlak was het ook weer een bewogen jaar, mede door die ‘tot zover’ qua gezondheid. Liep ik al wat langer te tobben met verminderde prestaties, dacht ik dat dat vooral te maken had met de overgang, stress en het feit dat ik een emo-eter ben en de rem er langzaam aan steeds verder af ging. Tot een snugger iemand riep ‘ga eens naar de dokter en laat je bloed prikken, misschien heb je wel een Vitamine D tekort, of iets anders’. Op hardloopgebied het beste advies dat ik dit jaar gekregen heb, of misschien was wel de beste zet dat ik voor de verandering eens niet zo eigenwijs was en het ook gewoon gedaan heb. Frank had het ook al drie keer geroepen maar dat telt niet, ik moet het van iemand anders horen. Dat en het feit dat ik langer dan vijf uur over de marathon van Rotterdam deed. Één minuut en 8 seconden langer maar toch. Misschien wel het grootste dieptepunt van 2024. Maar we lopen op de zaken vooruit.
Ik bleek toch zo maar bloedarmoede te hebben, en niet zo zuinig ook. Als ik achteraf de symptomen bekijk klopt het aan alle kanten. Chronische vermoeidheid en geen zuurstof naar de spieren. Om de de boel weer op orde te brengen ging ik aan de ijzerpillen. Kuurtje één hielp maar was niet voldoende. Kuurtje twee bracht wél uitkomst. Precies wat de Terminator nodig had om de raderen weer te laten draaien. Ook niet zo gek hé, dat je als Terminator ijzer nodig hebt. Want zelfs de onverwoestbare machine begint een beetje te roesten als hij na een 100 mijl (ok, ok, technisch gezien liepen we die in 2023), nog geen twee maanden later volcontinue in de nattigheid en de zeikregen door de duinen trekt. Liep ik drie weken ervoor nog op mijn tandvlees maar nét binnen de tijd eindelijk het Kroondomein het Loo, waagde ik me eind februari aan de grootste uitdaging in mijn hardloopcarrière. De Duinhopper.
Die goede oude Duinhopper. Zo één waar ik een paar jaar eerder, toen ik er voor het eerst over hoorde, geen micromillimeter in mijn lijf er aan zou denken om die ooit te lopen, stond ik nu om 4:00 ‘s ochtends dapper bij het kanon in Hoek van Holland. We weten allemaal hoe het afgelopen is, en als je het niet weet moet je het er nog maar eens op nalezen. Om twee weken later hoe dan ook de CPC te lopen. Omdat ik die nu eenmaal niet wil missen en omdat ik het beloofd had. Ik moest over de finish getrokken worden met tien paarden, maar goed.
Van daar uit ging het bergafwaarts tot het dieptepunt in Rotterdam. Ik heb altijd een schop onder mijn hol nodig om in beweging te komen als ik ergens tegen aan hik. Onzin want hoe erg is het nou om naar de dokter te gaan? Ik vind het gewoon gedoe, maar goed, soms ontkom je er niet aan zo blijkt, en meestal denk ik dan ‘waarom heb ik dit niet eerder gedaan?’ In elk geval was ik op tijd om enigszins fatsoenlijk door de Roparun heen te komen. Mijn vijfde en zoals later blijkt, voorlopig in elk geval laatste keer.
Niet getreurd, er stond nog een ander avontuur op het programma. Iets nieuws, iets nog niet eerder gedaan, iets waar ik enorm veel zin in had. De Liberation Trail. Meerdere dagen achter elkaar lopen over historische gronden en bijzondere routes. Grootste uitdaging meerdere dagen lopen? No. De langere afstanden, waaronder een 80 km in 14 uur? Nee, ook niet. Dat Frank er niet bij is? Nope. Slapen met tig anderen in een legertent? Oh yeah! Ik kan een hoop aan, maar slaapgebrek maakt me meestal geen beter mens. Ik heb het overleefd. Ik heb alle etappes gelopen, zelfs de 80 km binnen de 14 uur met een kwartiertje marge, en de laatste dag 42 km gestrompeld, nu wel met Frank aan mijn zijde. En zowaar heb ik her en der wat kunnen slapen, zelfs toen ik gesandwicht werd door twee snurkers.
Het werd zomer, ik ging een lang weekend naar Spanje en rende daar mijn rondjes. Dat het beter met me ging werd bewezen tijdens de Chouffetrail die ik wonder boven wonder óók binnen de tijd liep. In Augustus gingen we traditiegetrouw naar La Roche voor de Fantomes waar dan weer bewezen werd dat ik nog lang niet de oude was. Liep ik al in de limieten op mijn tandvlees, maakte een valpartij definitief einde aan mijn ambities voor de 48 km en stapte ik na 40 km uit. Om achteraf te denken dat ik die laatste 8 km best nog uit had kunnen lopen, maar goed. Het is wat het is. We mochten in elk geval op vakantie, drie hele weken lang zon, zee, strand en vooral duiken en eten.
Pas in Oktober gingen we weer wat officiële loopjes doen. Eerst de Harbourrun met de zaak, toen ook nog niet wetende dat het voor mij de laatste keer zou zijn, en de laatste keer de Viking Steam Trail, die voor iedereen de laatste keer was. Dat was het moment waar ik voor het eerst kon merken en zeggen dat het beter met me ging. Tijdens de Berenloop met Anita Active kon de Terminator definitief zeggen ‘I’m back!’ Tegen alle verwachtingen in liep ik weer een halve marathon op 10 km per uur. En dat terwijl ik de dag ervoor ook al 10 km had gelopen. 10 km die ooit weer eens binnen het uur moest. Niet op Terschelling, wel tijdens de Tunnelrun van de Rotterdam Running Crew.
Naast weer een paar loopjes van diezelfde Rotterdam Running Crew rolde ik in de begeleiding van de Brewery Run. Inclusief de Christmas edition want inmiddels zitten we in December. December die begint met Voorne’s Duintrail. Sneller dan vorig jaar, toch nog langzamer dan twee jaar daarvoor. Het viel me toch wel een beetje tegen maar de benen hadden het zwaar. Om vervolgens een retesnelle Bruggenloop lopen te lopen. Voor mijn huidige doen dan. Verstandig? Waarom niet? Nou, omdat ik de week erna nog één keer de 100 mijl moest lopen. Nog één keer? Yup, als Frank hem nu wél zou uitlopen vond ik het ook wel weer mooi geweest. En dat hij hem ging uitlopen was ik dit keer heilig van overtuigd. Al was het alleen maar omdat ik een volgende keer écht niet meer met hem mee ga (vast wel…). Maar alle seinen stonden op groen en vooral zat het in zijn hoofd goed dit keer. En dat bleek, we liepen hem samen uit. Ook nu sneller dan vorig jaar, iets minder snel dan twee jaar geleden. Who cares?
Het jaar werd afgesloten met hoe toepasselijk, de Eindejaarstrail. 22 km door de Loonse en Drunense duinen, daarmee ook mijn lijstje voor de kleine duivel volmakend. Nu is het oog op 2025. Staat er al iets op de planning? Jazeker! Om te beginnen heb ik nog unfinished business met die duinen. Of dat gaat lukken moeten we nog maar zien, maar het plan is er. Natuurlijk loop ik de CPC. Omdat ik die nu eenmaal niet wil missen, en omdat ik het beloofd heb. Rotterdam wordt mijn tiende keer. Als ik hem uitloop mag ik mezelf marathon master noemen. Frank loopt dit jaar de Liberation Trail en ik ga mee als crew. Dan zitten we alweer in Juni. Ik ben ervan overtuigd dat tegen die tijd de loopagenda voor de rest van het jaar ook alweer aardig gevuld wordt. Niet alleen met officiële evenementen, maar vooral ook met gezellige loopjes met de bende van ellende of de vriendengroep. Of wie dan ook die zich aan wil sluiten of waar wij bij aan kunnen sluiten.
Voor nu kijk ik weer met een voldaan gevoel terug op 2024 en met volle moed naar 2025 In de tussentijd wens ik iedereen een fantastisch 2025, of je nu wel, niet, langzaam, snel, kort of ver loopt. Op naar nieuwe (hardloop)avonturen!